Programmaonderdelen en doelen

Middelen tabel Relatie met de productenrealisatie

Middelen

8.1 Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien

Rekening 2023

Begroting 2024 ontwerp

Begroting 2024 na wijziging

Rekening 2024

Verschil

Lasten

51

9.173

1.209

5

1.204

Baten

-213.562

-213.567

-249.595

-253.327

3.733

Saldo

-213.511

-204.394

-248.385

-253.322

4.937

x € 1.000

Waardoor wijkt het af

Verschil

Waarvan effect op:

Lasten

Reserve

Rekening-

saldo

1. Onvoorziene uitgaven

140

0

140

2. Stelpost NB ongeoormerkt

582

0

582

3. Stelpost onzekerheden

400

0

400

Overige kleine verschillen

82

0

82

Totaal lasten

1.204

0

1.204

Baten

 4. Rentebaten

464

0

464

5. Provinciefondsuitkering

642

0

642

6. Motorrijtuigenbelasting

1.144

0

1.144

7. Decentralisatieuitkeringen

1.546

0

1.546

Overige kleine verschillen

-62

0

-62

Totaal baten

3.733

0

3.733

x € 1.000, - = nadeel

Toelichting

1. Onvoorziene uitgaven
Jaarlijks is in de begroting een bedrag geraamd voor onvoorziene uitgaven. Hiervan is in 2024 geen gebruik gemaakt .
2. Stelpost 'Nieuw beleid'
Mutaties in deze begroting met effect op de begrotingsruimte, bijvoorbeeld als gevolg van autonome ontwikkelingen of verwerking van het coalitieakkoord, zijn verrekend met de stelpost 'Nieuw Beleid'. Een nadere specificatie en toelichting is opgenomen in onderdeel 'IV Financiële begroting'.
3. Stelpost 'Onzekerheden'
Jaarlijks wordt in de begroting een stelpost 'Onzekerheden' opgenomen. De gedragslijn is dat bij de start van het begrotingsjaar een bedrag van € 0,8 mln. beschikbaar is op deze stelpost, welk bedrag jaarlijks oploopt met € 0,4 mln. Voor een nadere toelichting wordt verwezen naar hoofdstuk 1.1 van de financiële begroting. Het verschil wordt veroorzaakt door de vrijval van de stelpost ten gunste van de stelpost 'Nieuw beleid'.
4. Ontvangen (rente)vergoeding schatkistbankieren
In boekjaar 2024 zijn er veel voorschotten van bijvoorbeeld specifieke uitkeringen ontvangen, hetgeen heeft geleid tot een relatief gemiddeld hoge stand van de liquide middelen. Vanuit de regeling schatkistbankieren decentrale overheden wordt er over het rekening-courant saldo een daggeldrente vergoed. Door een stabiele hoge rentestand gecombineerd met een hoog batig saldo zijn de renteopbrengsten € 0,4 mln. hoger dan geraamd.
5. Provinciefondsuitkering
De raming in het financieel kader was gebaseerd op de septembercirculaire Provinciefonds 2024. De omvang van de opbrengsten is toegenomen, wat blijkt uit de decembercirculaire 2024. Deze circulaire kan vanwege de publicatiedatum niet meer als begrotingswijziging worden voorgelegd. Het verschil komt door de toename van het provinciefonds zelf. Daar hebben wij als provincie geen invloed op.
6. Motorrijtuigenbelasting
De opbrengsten uit opcenten MRB zijn in 2024 € 1,1 mln. hoger dan de begroot. De belangrijkste reden daarvan is dat het aantal belastbare voertuigen minder snel is afgenomen dan onze raming. Daarnaast neemt het gewicht per voertuig (gemiddeld) toe, bijvoorbeeld als gevolg van de elektrificatie, waardoor de opbrengst per voertuig toeneemt.
Er is nog een onzekerheid over de opbrengsten van de opcenten motorrijtuigenbelasting (MRB). Halverwege april 2025 werden we door het IPO geïnformeerd dat er een verschil is geconstateerd tussen de ontvangen afdrachten en de werkelijke opbrengsten. Wij hebben eerder vragen gesteld aan de Belastingdienst over de opbrengsten 2024. De Belastingdienst gaf destijds aan dat er een verschuiving was over de laatste maanden in 2024, maar geen financiële afwijking op het totaal. Nu blijkt er toch een fout te zijn gemaakt door de Belastingdienst in de berekening van 2024, wat heeft geleid tot te hoge afdrachten. Ook de afdrachten voor 2025 zijn niet betrouwbaar. Tijdens een overleg tussen IPO en de Belastingdienst op 7 mei 2025 werd gemeld dat de afwijking waarschijnlijk tussen de 2 à 3% ligt en geen effect heeft op de verdeelsleutel tussen provincies. De finale berekening van de Belastingdienst moet nog gevalideerd worden door de Auditdienst Rijk (ADR), waardoor er nu nog geen zekerheid is over de werkelijke inkomsten. We onderkennen wel een risico dat de opbrengst lager zal zijn.
7. Decentralisatieuitkeringen
In de decembercirculaire 2024 zijn 5 nieuwe decentralisatieuitkeringen opgenomen voor de provincie, met een totale omvang van € 1,5 mln. Dit zijn nieuwe financiële middelen die niet waren voorzien, maar wel als opbrengst verantwoord moeten worden in de jaarrekening.

Deze pagina is gebouwd op 05/21/2025 11:17:52 met de export van 05/21/2025 11:14:49