Paragrafen

Onderhoud kapitaalgoederen

3.2 Beleidskader ten aanzien van het onderhoud

Infrastructuur

Strategisch-Uitvoerings Programma beheer en onderhoud infrastructurele kapitaalgoederen 2024-2027 Flevoland (SUP3.0)

In 2024 hebben PS het 'Strategisch-Uitvoerings Programma beheer en onderhoud infrastructurele kapitaalgoederen 2024-2027' (SUP 3.0) vastgesteld. Het SUP 3.0 biedt een overzicht van het beheer en onderhoud van de provinciale infrastructuur, inclusief bijbehorende budgetten. Deze infrastructuur (het areaal of de kapitaalgoederen) omvat wegen, kunstwerken, vaarwegen, groen, openbare verlichting, verkeersregelinstallaties en andere objecten. Gezamenlijk vertegenwoordigen deze kapitaalgoederen een aanzienlijke maatschappelijke waarde voor provincie Flevoland.

Om invulling te kunnen geven aan de wettelijke zorgplicht stellen PS vierjaarlijks een SUP vast. Het SUP 3.0 heeft als doel de uitgangspunten en kaders vast te stellen, waarbinnen GS het beheer en onderhoud van de bestaande en toekomstige provinciale infrastructuur uitvoeren. Binnen de kaders en uitgangspunten van het SUP 3.0 kan op een effectieve en efficiënte manier onderhoud uitgevoerd worden in relatie tot het vastgestelde onderhoudsniveau. Hiermee wordt achterstallig onderhoud en daarmee kapitaalvernietiging voorkomen.

Beheerstrategie
Een belangrijk onderdeel van het SUP 3.0 is de beheerstrategie die gehanteerd wordt voor de instandhouding van de provinciale infrastructuur. Het SUP 3.0 geeft inzicht op welke wijze invulling wordt gegeven aan het beheer en onderhoud en welke doelstellingen provincie Flevoland daarbij hanteert. Provincie Flevoland heeft de volgende doelstelling ten aanzien van haar beheer en onderhoud van de provinciale infrastructuur.

Het veilig en beschikbaar houden van de provinciale infrastructuur, op een (kosten)efficiënte manier.

Onderhoudsniveau
Om te kunnen voldoen aan de doelstelling van het SUP 3.0 is het onderhoudsniveau vastgesteld. De Staten hebben met de vaststelling van het SUP 3.0, het onderhoudsniveau B vastgesteld. Dit is een algemeen gangbaar onderhoudsniveau. Dit is het niveau dat het meest kostenefficiënt is: de inrichting is functioneel, de technische staat van het areaal is zodanig dat de verkeersveiligheid niet in gevaar komt en de kans op claims of imagoschade is klein. Het onderhoudsniveau B wordt landelijk gezien als rationeel en verantwoord voor beheer en onderhoud. Met dit onderhoudsniveau kiest de provincie voor een evenwichtige vorm van onderhoud aan haar infrastructuur, waarbij balans is tussen het uitvoeren van degelijk onderhoud in relatie tot de kosten.

Prestatie indicatoren
Jaarlijks worden via het jaarverslag en het ‘Meerjarenprogramma beheer, onderhoud en vervangingsinvesteringen’ (MBVI) de Staten op de hoogte gehouden van de scores op de indicatoren. Er zijn prestatie-indicatoren vastgesteld ten aanzien van: de kwaliteit van de wegen, vaste kunstwerken en oeverconstructies en beschikbaarheid van de Verkeersregelinstallaties, gladheidsbestrijding en de beschikbaarheid van de bruggen en sluizen.

Kwaliteit

Type

Indicator

Norm

Kwaliteit wegen

Onderhoudstoestand wegen

Minimaal 90% van de wegen heeft niveau B of hoger

Kwaliteit vaste kunstwerken

Onderhoudstoestand vaste kunstwerken met uitzondering van duikers

Minimaal 90% van de vaste kunstwerken heeft niveau B of hoger

Kwaliteit oeverconstructies

Onderhoudstoestand oeverconstructies

Minimaal 85% van de oeverconstructies wegen heeft niveau B of hoger

Beschikbaarheid

Type

Indicator

Norm

Beschikbaarheid verkeersregelinstallaties (VRI)

Uitval VRI als gevolg van storingen

De beschikbaarheidsgraad van de VRI’s is minimaal 98%

Gladheidbestrijding

Uitruk en actietijd gladheidbestrijding

98% van de gladheidbestrijdingsacties is uitgevoerd binnen de CROW-norm

Beschikbaarheid bruggen en sluizen

Beperking beschikbaarheid bruggen en sluizen als gevolg van storingen

De beschikbaarheidsgraad van de bruggen en sluizen is minimaal 98%

Toelichting gladheidsbestrijding
Bij preventieve strooiacties, dus bij strooiacties op wegdekken die nog niet glad zijn maar naar verwachting glad worden, wordt de minimale tijd voor uitrukken en strooien bepaald door de zekerheid waarmee voorspeld kan worden wanneer het wegdek glad wordt. Met de huidige stand van de techniek bedraagt de termijn waarop met zeer grote waarschijnlijkheid kan worden gesteld waar en wanneer het wegdek glad wordt twee uur. Afhankelijk van het type gladheid kan deze periode langer zijn. Wanneer een gladheidscoördinator dus met vrij grote zekerheid wil beslissen of hij wel of niet terecht laat strooien, moet ernaar gestreefd worden de uitruk- en actietijden niet langer te laten zijn dan twee uur.

Provinciehuis en vestigingen

Onderhoud voor het provinciehuis, de vestigingen en het pand aan de Oostvaardersdijk is gebaseerd op het 'Meerjaren Onderhoudsplan (MJOP) 2022-2026'. Met dit plan wordt gewaarborgd dat de gebouwen, en de daarin aanwezige installaties en apparatuur op een goede wijze worden beheerd, geëxploiteerd en onderhouden. In het plan zijn een drietal zaken geïnventariseerd, namelijk het jaarlijks onderhoud, het meerjaren ofwel niet-jaarlijks onderhoud en de vervangingsinvesteringen.

Het jaarlijks onderhoud is nodig om de bedrijfszekerheid van het gebouw en de installaties te waarborgen, de veiligheid te kunnen garanderen en de uitstraling van het gebouw in stand te houden. Tevens wordt dit onderhoud uitgevoerd om te voldoen aan wet- en regelgeving (bijvoorbeeld ARBO en NEN) en verzekerd te zijn van ondersteuning van de leverancier (bijvoorbeeld garantiebepalingen).

Het meerjaren onderhoud betreft het niet reguliere en groot onderhoud aan het gebouw, de installaties, apparatuur en inrichting. Dit onderhoud omvat onder andere schilderwerk, vervanging verlichtingsarmaturen,
zonwering en dakbedekking. De uitvoering vindt plaats variërend tussen 5 en 20 jaar, afhankelijk van de voorgeschreven vervangingstermijn. De normering die de Rijksgebouwendienst hanteert voor dit type gebouwen is hierbij de leidraad.

In het MJOP zijn de vervangingsinvesteringen meegenomen. Voorbeelden hiervan zijn de vervanging van de audiovisuele installaties, meubilair en apparatuur voor de repro en keuken. De vervanging is begroot op basis van de economische levensduur (afschrijvingstermijn), maar op het beslismoment van de feitelijke vervanging wordt ook bezien of het investeringsgoed langer mee kan. De afschrijvingstermijnen voor de investeringen zijn vastgelegd in de 'Financiële verordening provincie Flevoland 2024'.

De lasten van het jaarlijks onderhoud zijn opgenomen in de exploitatie. Het meerjaren onderhoud wordt rechtstreeks ten laste van de daarvoor gevormde voorziening gebracht. Om de voorziening op het juiste peil te houden, worden hieraan jaarlijks middelen toegevoegd. Op basis van het 'MJOP 2022-2026' wordt jaarlijks € 0,47 mln. toegevoegd aan deze voorziening. Het jaarlijks onderhoud aan het provinciehuis, alsmede de jaarlijkse toevoeging aan de voorziening 'Niet jaarlijks onderhoud Provinciehuis', maken onderdeel uit van de kosten van de bedrijfsvoering.

Vestigingen
Bij de Perspectiefnota 2017-2021 is met betrekking tot het onderhoud van de vestigingen in Zeewolde, Dronten en Emmeloord een planmatige aanpak naar analogie van het provinciehuis vastgesteld. Deze is in het 'MJOP 2022-2026' geïntegreerd in het onderhoudsplan voor alle provinciaal vastgoed. Voor het niet jaarlijks onderhoud is een voorziening ingesteld, gebaseerd op het in 2016 vastgestelde meerjarig onderhoudsplan. Bij instelling van deze voorziening in 2017 is hier incidenteel een bedrag in gestort (€ 0,75 mln.). Jaarlijks wordt hier € 0,1 mln. aan toegevoegd.

Voormalig Nieuw Land Erfgoedcentrum

De provincie heeft in 2016 besloten een deel van het vastgoed van het Nieuw Land Erfgoedcentrum, gelegen aan de Oostvaardersdijk te Lelystad, over te nemen van de Gemeenschappelijke Regeling Erfgoedcentrum Nieuw Land. Om de conditie van dit vastgoed te waarborgen is een voorziening gevormd voor het uitvoeren van het niet-jaarlijks onderhoud (voorziening 'Niet jaarlijks onderhoud NLE'). Deze is bij de overname van het vastgoed gevoed met € 0,6 mln., dat is overgekomen uit de hiervoor bestemde voorziening bij de latende partij. Daarnaast wordt, op basis van het MJOP 2022-2026, jaarlijks € 0,1 mln. aan deze voorziening toegevoegd .

Flevokust Haven

In 2018 is Flevokust Haven in gebruik genomen. Wij hebben een berekening laten maken voor de beheer- en onderhoudskosten van het haventerrein, de kade, de toegangsweg, etc. Het onderhoud en beheer is deels verlegd naar de exploitant die gebruik maakt van de haven.

Het jaarlijkse onderhoud, wat nu voor rekening van de provincie komt, is in de begroting opgenomen in de exploitatie van de haven op het desbetreffende budget.

Om in de toekomst het groot onderhoud van Flevokust Haven uit te kunnen voeren is in 2022 gestart met het vormen van een voorziening waardoor de meerjarige onderhoudslasten worden geëgaliseerd. De eerste jaren van de exploitatie hebben wij geen gebruik gemaakt van een voorziening voor lastenegalisatie omdat de onderhoudslasten nog beperkt waren. In tweede helft 2022 is een geactualiseerd onderhoudsplan opgesteld en is bij de Zomernota 2022 hiervoor structureel budget beschikbaar gesteld. Op basis van dit onderhoudsplan plan hebben wij in 2023 € 0,2 mln. toegevoegd aan de voorziening 'Groot onderhoud Flevokust Haven' .

Deze pagina is gebouwd op 05/21/2025 11:17:52 met de export van 05/21/2025 11:14:49