Programmaonderdelen en doelen

Middelen tabel Relatie met de productenrealisatie

Middelen

9.1 Reserves

Rekening 2023

Begroting 2024 ontwerp

Begroting 2024 na wijziging

Rekening 2024

Verschil

Lasten

64.164

33.033

70.574

78.637

-8.063

Baten

-56.209

-39.989

-57.795

-44.261

-13.533

Saldo

7.954

-6.956

12.780

34.376

-21.596

x € 1.000

Stortingen in reserves

Begroting
2024 na wijziging

Rekening
2024

Verschil

Waarvan
effect op rekening-saldo

Personeel

921

1.613

-692

0

Brede Bestemmingsreserve

29.129

30.331

-1.202

0

Activering vervangingsinvesteringen

1.577

2.000

-423

0

Mobiliteit

4.044

7.503

-3.459

0

Beheer en ontwikkeling Natuur

1.139

1.820

-680

0

Economisch Programma

2.304

3.013

-709

0

Wet open overheid

0

799

-799

0

Overige kleine verschillen

31.460

31.558

-99

0

Totaal stortingen

70.574

78.637

-8.063

0

x € 1.000, - = nadeel

Toelichting stortingen

In bijlage B ‘Overzicht reserves en voorzieningen’ is per reserve een specificatie opgenomen van de geraamde stortingen en onttrekkingen in het jaar 2024. Onderstaand zijn op hoofdlijnen de mutaties ten opzichte van het financieel kader toegelicht.

Een aantal reserves kent een hogere storting ten opzichte van de begroting na wijziging. De hogere stortingen passen binnen het door PS vastgestelde beleid ten aanzien van de desbetreffende reserves, zoals is vastgelegd in de 'Nota Reserves & Voorzieningen 2020-2023' of nadien genomen (instellings-)besluiten. Hieronder is een toelichting opgenomen op alle reserves met een verschil > € 0,1 mln.

Personeel
De hogere storting wordt veroorzaakt door:

  • de salarislasten zijn grotendeels gedekt uit de onderbezetting en overige bestaande financiële middelen (zoals deze egalisatiereserve), wat per saldo een positief financieel effect heeft (zie programmaonderdeel 8.2);
  • door een niet volledige bezetting is er in 2024 minder besteed aan medewerkersontwikkeling en het persoonlijke budget voor duurzame inzetbaarheid (PBDI). Het restant is toegevoegd aan deze reserve (zie programmaonderdeel 8.2).

Brede Bestemmingsreserve
Dit verschil wordt veroorzaakt door:

  • in 2024 was minder vraag naar de regeling 'Verordening tegemoetkoming energiekosten mkb-ondernemingen' dan verwacht. Hierdoor is het budget met € 0,71 mln. onderschreden en zijn de niet bestede middelen toegevoegd aan het ongeoormerkte deel van deze reserve (zie programmaonderdeel 4.3);
  • In 2024 was minder vraag naar de ‘Verordening tegemoetkoming energiekosten culturele instellingen en/of (sport)verenigingen’ dan verwacht. Hierdoor is het budget in 2024 met € 0,43 mln. onderschreden. De niet bestede middelen vanuit het oormerk 'Energie noodfonds' zijn toegevoegd aan het ongeoormerkt deel van deze reserve;
  • het Rijk stelde € 0,4 mln. beschikbaar voor het vergroten van de slagkracht van gemeenten tegen ondermijnende invloeden. Hiervoor was € 0,2 mln. geraamd voor boekjaar 2024. De niet bestede middelen zijn toegevoegd aan een specifiek oormerk binnen deze reserve (zie programmaonderdeel 7.1);
  • De niet bestede fractievergoedingen zijn teruggevorderd (€ 0,17 mln.). Dit budgettair voordeel is gestort in het ongeoormerkte deel van deze reserve (zie programmaonderdeel 7.2).

Activering vervangingsinvesteringen
In overeenstemming met de gemaakte afspraken in het coalitieakkoord 2023-2027, en de verwerking hiervan in de Programmabegroting 2024, is € 2,0 mln. gestort in deze reserve (zie programmaonderdeel 6.3).
Mobiliteit
De begrotingspost 'Openbaar streekvervoer' heeft een onderschrijding van € 1,4 mln. Dit wordt voornamelijk veroorzaakt door € 0,95 mln. aan ontvangen decentralisatie-uitkeringen van het Rijk, die in 2024 nog niet zijn besteed. Het volledig budgettair voordeel is gestort in deze bestemmingsreserve (zie programmaonderdeel 6.1).
Beheer en ontwikkeling natuur
De hogere storting wordt veroorzaakt door:

  • vertraging van de uitvoering van de maatregel voor de uitvoering van herstelmaatregelen voor het leefgebied van de grote karekiet in het Vollenhovermeer vanwege uitloop van andere herstelmaatregelen (verwachte uitvoering in 2025). Hierdoor is sprake van lagere kosten dan begroot in 2024. De niet bestede middelen blijven beschikbaar in deze reserve (zie programmaonderdeel 2.2);
  • hogere teruggave van BIJ12 voor verrekening van haar BTW-positie aan deelnemende provincies. Daarnaast is een niet voorziene restitutie ontvangen over 2022/2023. De niet bestede middelen zijn gestort in deze reserve (zie programmaonderdeel 2.2);
  • nog niet voldoende gebruik van het 'Nationaal Isolatieprogramma' (NIP) voor het nemen van maatregelen voor natuurinclusief isoleren, die is verleend aan Landschapsbeheer Flevoland. De niet bestede middelen blijven beschikbaar in deze reserve (zie programmaonderdeel 2.2);
  • de landelijke herijking (ophoging) van de tarieven binnen het agrarisch natuurbeheer heeft geleid tot hogere kosten dan begroot, deze is gecompenseerd door het Rijk. De middelen (€ 0,29 mln.) zijn gestort in deze reserve. De hogere kosten zijn onttrokken aan dezelfde reserve (zie programmaonderdeel 2.2).

Economisch programma
Het totaal budgettair voordeel als gevolg van de onderschrijding binnen de programmalijn 'Verdienvermogen mkb' is per saldo voor een bedrag van € 0,54 mln. gestort in deze bestemmingsreserve, ter aanwending in volgende jaren. Daarnaast is sprake van een incidentele meevaller over eerdere jaren door de afrekening van de 'Regionale MIT-regeling 2020'. Dit budgettair voordeel is gestort in deze reserve (zie programmaonderdeel 3.1).
Wet open overheid
Enkele factoren (onder andere implementatie van een nieuwe agile werkmethode) zijn aanleiding geweest om enkele activiteiten in 2024 te temporiseren om zo een versnelling in 2025 te bewerkstelligen. Een tweede factor voor de onderbesteding is de krapte op de (arbeids)markt. Dat geldt zowel voor zowel (intern als extern) personeel als voor leveranciers van IT/IV-diensten. De middelen blijven beschikbaar in deze reserve (zie programmaonderdeel 8.2).

Onttrekkingen aan reserves

Begroting
2024 na wijziging

Rekening
2024

Verschil

Waarvan
effect op rekening-saldo

Algemene reserve

-3.158

-1.867

-1.291

0

Personeel

-2.363

-1.965

-398

0

Monumentenzorg

-228

0

-228

0

Brede Bestemmingsreserve

-19.418

-16.815

-2.603

0

Zuiderzeelijngelden

-3.605

-923

-2.682

0

Procesgelden gebiedsontwikkeling

-1.100

-935

-165

0

POP

-2.670

-1.959

-711

0

Bodem

-465

-109

-356

0

Cofinanciering EU-projecten 14-20

-900

-509

-391

0

Nieuwe Natuur

-2.500

-2.000

-500

0

Activering vervangingsinvesteringen

-1.353

-108

-1.244

0

Jaarlijks onderhoud Infra

0

-569

569

0

Economisch Programma

-1.711

-1.443

-268

0

Duurzame energie

-606

-183

-423

0

Regiodeal Noordelijk Flevoland

-1.508

-1.347

-161

0

Fonds Culturele ontwikkeling

-2.182

-1.327

-855

0

Krachtige samenleving

-445

-317

-128

0

Flevoland Natuurinclusief

-1.765

-720

-1.045

0

GLB

-1.470

-923

-548

0

Overige kleine verschillen

-10.348

-10.242

-105

0

Totaal onttrekkingen

-57.795

-44.261

-13.533

0

x € 1.000, - = nadeel

Toelichting onttrekkingen

De aanwending van bestemmingsreserves is veelal afhankelijk van projectvoortgang en de daarmee gemoeide uitgaven. Hierdoor ontstaan verschillen in de onttrekkingen aan de reserves (indien minder is uitgegeven hoeft minder onttrokken te worden aan de reserves). De verklaringen zijn opgenomen bij de desbetreffende programmaonderdelen in deze jaarstukken. Een aantal reserves kent een overschrijding ten opzichte van de begroting na wijziging (meer onttrokken dan begroot). Deze hogere onttrekkingen passen binnen het door PS vastgestelde beleid ten aanzien van de desbetreffende reserves, zoals is vastgelegd in de 'Nota Reserves & Voorzieningen 2020-2023' of nadien genomen (instelling-)besluiten. Hieronder is een toelichting opgenomen op alle reserves met een verschil > € 0,1 mln.

Algemene reserve
De lagere onttrekking wordt veroorzaakt door niet (volledig) ingezette middelen vanuit de resultaatbestemming 2023.

Personeel
De lagere onttrekking wordt veroorzaakt doordat de salarislasten grotendeels zijn gedekt uit de onderbezetting en overige bestaande financiële middelen (zoals deze egalisatiereserve). Per saldo is het financiële effect positief (zie programmaonderdeel 8.2).
Monumentenzorg
Het budget voor toevalsvondsten is niet uitgegeven; er is geen toevalsvondst geweest die aanleiding gaf om dit budget aan te wenden. De niet bestede middelen blijven beschikbaar in het oormerk 'Toevalsvondsten' binnen deze reserve in geval er een groter archeologisch onder nodig is in de toekomst (zie programmaonderdeel 4.2).
Brede Bestemmingsreserve
De lagere onttrekking wordt veroorzaakt door:

  • in het tweede halfjaar hebben er geen bestedingen plaatsgevonden ten laste van budget 'Novex' aan ruimtelijke voorstellen en ruimtelijke arrangementen. Deze middelen blijven beschikbaar in deze reserve, oormerk 'Omgevingsvisie' (zie programmaonderdeel 1.1);
  • in 2024 is niet nodig geweest het toegekende bedrag vanuit het amendement 'Investeren in de Flevolandse bouwopgave' volledig in te zetten. Deze middelen blijven beschikbaar in deze reserve (zie programmaonderdeel 1.1);
  • het budget 'Gebiedsgerichte aanpak Stikstof' is niet volledig besteed omdat een deel van kosten gerelateerd aan stikstof kon worden verantwoord als uitvoeringskosten transitie landelijk gebied, waarvoor een specifieke uitkering is ontvangen. De niet bestede middelen blijven beschikbaar in deze reserve (zie programmaonderdeel 2.2);
  • binnen het GLB Top-Up waterprogramma lopen diverse projecten door naar 2025. Hierdoor is het budget Top-Up waterpogramma in 2024 niet volledig besteed. De niet bestede middelen blijven beschikbaar in deze reserve (zie programmaonderdeel 2.2).

Zuiderzeelijngelden
De middelen voor de realisatie van ‘ontsluitingsweg Port of Urk’, ‘Maritieme servicehaven Noordelijk Flevoland' en 'MITC' zijn in 2024 niet benut. Deze hebben allen een looptijdverlening die doorloopt ná 31 december 2024. Deze middelen blijven beschikbaar binnen deze reserve (zie programmaonderdeel 3.2).
Procesgelden gebiedsontwikkeling
In 2024 zijn geen grote ontwikkelingen geweest waarvoor het budget overige procesgelden gebiedsontwikkeling moest worden ingezet. De middelen blijven beschikbaar binnen deze reserve (zie programmaonderdeel 3.2).
POP
In 2024 zijn we gestart met de afronding van POP 3 en is er € 5,1 mln. betaald aan POP3 projecten. Hiervan is de provinciale bijdrage € 1,5 mln. geweest, en zal verdere afronding van POP3 projecten in 2025 plaats gaan vinden. De niet bestede middelen blijven beschikbaar in deze reserve (zie programmaonderdeel 2.2).
Bodem
In 2024 is de nieuwe procesregisseur van het gebiedsproces gestart en zijn de gesprekken met de betrokken grondeigenaren weer voortgezet. Deze uitwerkingen kosten tijd en vooralsnog slechts een geringe financiering van experts. De uitvoering zal in de in loop van 2025 en verder plaatsvinden. De middelen blijven beschikbaar binnen de reserve 'Bodem' (zie programmaonderdeel 2.3).
Cofinanciering EU-projecten 14-20
Doordat niet alle projectaanvragen toegekend zijn in 2024, is er minder besteed dan begroot. De niet bestede middelen blijven beschikbaar in deze reserve. Verder is er een aantal EU-projecten afgewikkeld waarin de provincie ook partner was en waarvoor EU-bijdrage is ontvangen. Deze baten zijn gestort in deze reserve (zie programmaonderdeel 3.1).
Nieuwe Natuur
Het 'Programma Nieuwe Natuur' is financieel eind 2023 afgewikkeld waardoor zowel het budget procesgeld Nieuwe Natuur als het programmageld Nieuwe Natuur niet is besteed in 2024. De middelen blijven beschikbaar in deze reserve (zie programmaonderdeel 2.2).
Activering vervangingsinvesteringen
De wijzigingen in deze reserve komen voort uit de kapitaallasten die voortvloeien uit de geactualiseerde 'Activastaat 2025-2028', gebaseerd op de huidige bestedings- en investeringsplannen (zie ook programmaonderdeel 6.3).
Jaarlijks onderhoud Infra
Onderschrijdingen en overschrijdingen binnen jaarlijks onderhoud (en eveneens gladheidsbestrijdingen) worden voor een groot deel bepaald door onvoorziene, niet planbare omstandigheden. Het verschil tussen de beschikbare middelen voor het jaarlijks onderhoud infrastructuur en de daaruit te dekken lasten wordt conform bestaand beleid geëgaliseerd via deze reserve (zie programmaonderdeel 6.3).
Economisch programma
De lagere onttrekking wordt veroorzaakt door een aantal onderbestedingen op de budgetten voor de uitvoering van het 'Economisch Programma'. Deze middelen blijven beschikbaar binnen de reserve voor uitvoering in latere jaren (zie programmaonderdeel 3.1).
Duurzame energie
Op 18 juni 2024 hebben GS de' Nadere regels oplossingen netcongestie voor bedrijven en de gebouwde omgeving 2024 – 2030' en de (deel)subsidieplafonds vastgesteld. Door een lager aantal subsidieaanvragen is sprake van onderbesteding op dit budget. De niet-bestede middelen blijven beschikbaar in de' Brede Bestemmingsreserve' en deze reserve gedurende de looptijd van de regeling (tot en met 31 december 2029).
Regiodeal Noordelijk Flevoland
Binnen het programma ‘Regiodeal Noordelijk Flevoland’ is € 1,35 mln. besteed. Van één project is de subsidie doorgeschoven naar 2025. De middelen blijven beschikbaar binnen deze reserve (zie programmaonderdeel 3.2).
Fonds Culturele ontwikkeling
Nog niet alle programmagelden zijn ingezet. De nog niet bestede middelen zijn al wel toegekend aan diverse projecten, welke in 2025 ten uitvoer worden gebracht. De middelen blijven beschikbaar binnen deze reserve (zie programmaonderdeel 4.2).
Krachtige samenleving
In 2024 waren de resterende middelen uit de reserve 'Krachtige Samenleving' gereserveerd voor het traject Wonen, Welzijn en Zorg. Het gereserveerde budget voor de gemeente Almere was niet nodig, omdat Almere heeft gekozen voor een zelfstandig traject uitgevoerd door een ander bureau. De onderbesteding in 2024 wordt ingezet in 2025 en blijft beschikbaar in deze reserve (zie programmaonderdeel 4.3).
Flevoland Natuurinclusief
Voor de onderwerpen ‘Actieplan Biodiversiteit’ en 'Bossenstrategie' binnen het programma 'Flevoland Natuurinclusief' zijn middelen geraamd, welke worden gedekt vanuit de reserve 'Flevoland Natuurinclusief'. De niet bestede middelen blijven beschikbaar binnen deze reserve (zie programmaonderdeel 2.2).
GLB
Het college heeft de programmering van GLB vastgesteld en daarbij de verplichte provinciale co-financiering beschikbaar gesteld. In 2024 zijn nog nagenoeg geen GLB-projecten afgewikkeld, waardoor dit budget alleen voor uitvoeringskosten is ingezet en nog niet voor cofinanciering. De niet bestede middelen blijven beschikbaar in deze reserve (zie programmaonderdeel 2.2).

Deze pagina is gebouwd op 05/21/2025 11:17:52 met de export van 05/21/2025 11:14:49